Vandaag kreeg ik groen licht van de vereniging Weimarse Staande Hond; ik mag Jack, stamboom naam; The Best Thing Ever Unique Jack, voor mijn Bicha gebruiken! Na lang getwijfeld te hebben of ik nog een nestje zou fokken met Bicha heb ik daar toch toe besloten. Ze is het echt waard om haar genen door te geven. Ze heeft veel jachtpassie, altijd op zoek naar wild, ook in het water. Bicha is een heel enthousiaste apporteur, ze wil heel graag voor de baas werken en komt net zo snel terug met het apport als dat ze vertrekt, en dat is SNEL! Dat vergt ook wel wat van de voorjager en ‘steadyness’ training is dan ook echt een aandachtspuntje bij haar.
Overigens, die manscherpte waar ik het in mijn artikel over De Weimaraner op mijn website over heb, zit helemaal niet zo ver weg in de lijnen van mijn honden. De grootvader van Bicha, Felisin’s Paper Birch, heeft eens een ‘aanlegproef verdedigingsdrang’ gedaan en de pakwerker moest op een gegeven moment zijn jasje uit trekken om hem te overreden de mauw los te laten.
Toen ik op zoek ging naar een goede reu was een van mijn voorwaarden dat het een reu moest zijn met een stabiel karakter; vriendelijk, rustig en baasgericht. Jack is een hond die in de jacht gebruikt wordt, staat ook voor als een huis. Ik heb hem meegemaakt op de Clubmatch van de Vereniging, en wat mij betreft is hij de ideale reu voor Bicha! Als je dan die beslissing hebt genomen gaat de Weimaraner Vereniging kijken of aan alle gezondheids-voorwaarden voldaan is. De fokdieren moeten voor Heup Dysplasie getest zijn en voor de verschillende DNA testen liefst N/N hebben, dus VRIJ zijn van het gen die bepaalde erfelijke ziekte veroorzaakt. Bovendien ondergaan ze een ECVO test; de ogen worden getest op onder andere, Cataract, Persistent Pupillary Membrane(PPM), Retinal Dysplasia, Distichiasis en Retinal Degenaration (PRA). Voor een fokdier moet de ECVO test elk jaar herhaald worden omdat het geen DNA test is. Een fokdier kan drager zijn van een erfelijke oogziekte al is hij ECVO ‘vrij’, maar hiervoor bestaan helaas nog geen DNA testen. Dus die ECVO test is ‘the next best thing’. Als fokker kijk ik als eerste natuurlijk naar die gezondheids-testen. Ook wil ik ouderdieren die zo min mogelijk verwant aan elkaar zijn zodat je zo min mogelijk risico loopt dat dezelfde genen van een erfelijke aandoening in de pups bij elkaar komen. Er zijn bij de hond op dit moment ruim 400 genetisch overdraagbare aandoeningen bekent. Daarnaast is wat mij betreft het karakter van de dieren belangrijk, de ‘will to please’, de jachtpassie. Op de derde plaats het uiterlijk, want een hond moet goed in elkaar zitten om een hele dag te kunnen jagen!
Ook heel belangrijk voor het voortbestaan van het ras; ik gebruik het liefst een reu die nog niet gedekt heeft en nog geen nakomelingen heeft. Want als één reu om wat voor reden dan ook (hij is show kampioen of heeft heel goed gepresteerd op de jachthonden proeven) heel veel gebruikt is, en er dan na 2 of 3 generaties alleen maar kleinkinderen of achterkleinkinderen van hem rondlopen om mee te fokken (gechargeerd, natuurlijk) heb je een probleem. Bovendien worden andere reuen niet gebruikt, en díe genen verdwijnen uit de populatie. Voorgoed! Iedere fokker wil natuurlijk gezonde en goede honden op de wereld zetten, maar we moeten ook denken aan het voortbestaan van het ras!
Bicha zal eind van dit jaar of in januari volgend jaar loops worden. Nadat ze gedekt is hoop ik na 62 dagen pups te mogen verwelkomen. Het Felisin’s N-nest. Het avontuur kan beginnen! Heb je vragen, ben je op zoek naar een sportieve jachthond of een gezinshond waarmee je actief bezig wilt zijn? Heb je zin in een wandeling om kennis te maken met Bicha, haar broer Gus, en haar ouders, Tiko en Maxim? Mail me; imschierbeek@hotmail.com